Moeten de rechthebbenden in de film, muziek-en uitgeverswereld toegang te krijgen tot de persoonlijke gegevens van de vermeende file-sharers van Isp s om na te streven maatschappelijk copyright gevallen tegen henDie antwoord op die vraag is al lang aan te komen en heeft zijn wortels in twee gevallen dateert van meer dan drie jaar. In het eerste geval, geïnitieerd volgende de invoering van de IPRED de wetgeving in Zweden, vijf uitgevers geleverd met een verzoek aan de rechtbank. Geleid door de anti-piraterij-groep Antipiratbyrån, de uitgevers wilde dwingen de ISP Ephone te verstrekken van de persoonsgegevens van één van hun abonnees die ze beweren geüpload audio boeken van een server, twenty-seven van die in strijd met het auteursrecht. De ISP bezwaar tegen, met het argument dat het verzoek is niet in lijn met de data retentie richtlijn, en nam de zaak naar het Hof van Beroep. De uitspraak van de rechtbank werd uiteindelijk vernietigd en de zaak werd verzonden naar Zweden s Hoogste Rechter voor te leggen. Het Hooggerechtshof zocht het advies van het Europese Hof van Justitie, die reageerde in April waarin staat dat de data retentie richtlijn doet geen afbreuk aan de overdracht van informatie over de vermeende inbreukmakers in civiele zaken, zolang aan bepaalde voorwaarden is voldaan (gedetailleerde analyse hier). De zaak ging terug naar het zweedse Supreme Court voor zijn besluit, dat gevolgen zou hebben voor de privacy van een ander individu in een tweede belangrijke zaak. Hij of zij is de vermeende beheerder van de SweTorrents BitTorrent-tracker en was ook gericht onder IPRED. In dat geval is ook gestart in, net na de IPRED geschopt Vier filmstudio s toegepast op de Södertörn Rechtbank in een poging te dwingen PROVIDER TeliaSonera om de hand over de persoonsgegevens van de persoon.
